zondag 27 mei 2012

Recensievergelijking Komt een vrouw bij de dokter


Recensievergelijking Komt een vrouw bij de dokter

Standaard
Kluun, Komt een vrouw bij de dokter
Amsterdam, 2007, eerste druk 2003
312 blz
Roman



Korte inhoudsbeschrijving
Stijn houdt van het leven en het leven houdt van hem. Hij heeft een eigen zaak, een prachtige dochter en een prachtige vrouw. Dat hij af en toe van andere vrouwen geniet hoeft zijn Carmen niet te weten. En bovendien, zijn hart is van Carmen, dus wat maakt het uit. Hij is on top of the World. Hij heeft het gemaakt. Maar dan krijgt Carmen borstkanker. Zijn wereld stort in. Carmen en Stijn komen terecht in een rollercoaster van ziekenhuis in, ziekenhuis uit, chemokuren en bestraling. Maar hij is er voor haar. Altijd. Hoe vreselijk moeilijk dat ook is. Tussen de chemo's door doen ze of er niks aan de hand is. De Vrijdagse Stapavondjes van Stijn worden snel weer in ere hersteld. Hij vlucht in drank, drugs en uitgaan. En dan is er Roos. Zomaar. Onaangekondigd staat ze tijdens carnaval voor zijn neus. Ze wordt zijn kankervrije oase, waar hij de kilte van thuis even kan vergeten. Wat hij nooit voor mogelijk had gehouden, gebeurt; hij wordt verliefd. Verslaafd zelfs, aan Roos. Elke vrije minuut wil hij bij haar zijn. Zijn leven wordt een chaos, iedereen vraagt aandacht, het kantoor moet door, zijn vrouw gaat dood. Stijn moet nú een keuze maken.



Het boek is prettig geschreven. Er worden korte duidelijke zinnen gebruikt die het lezen vergemakkelijken. Op deze manier is het verhaal goed te volgen en blijf je geboeid. De tijd verloopt chronologisch en tussen de eerste en laatste bladzijde verloopt ongeveer 2,5 tot 3 jaar. Het verhaal is verdeeld in 3 delen en een epiloog.  Deel I heet Stijn & Carmen, Deel II Stijn & Carmen en Stijn en Roos, deel III Carmen. Het is geschreven in de ik-vorm en heel het boek lang bekijk je de situatie door de ogen van 1 persoon, namelijk Stijn. De bedoeling van het boek is om je te laten zien hoe kanker het leven van mensen overhoop kan halen. Het bijzondere aan dit boek vond ik dat hoe slecht het vreemdgaan van de hoofdpersoon ook is, je het toch op de één of andere manier begrijpt, omdat je oprecht medelijden met hem krijgt.



Recensie I – Daan Stoffelsen, 20 april 2005

Komt een vrouw bij de dokter…

… krijgt ze te horen dat ze nog maar een paar maanden te leven heeft. Dat is Komt een vrouw bij de dokter in een notendop. Het begint als een grap, maar het pakt behoorlijk ernstig uit. Het leven van Stijn wás een grap: superbaan in de marketing, samen met Carmen ‘het gelukkigste stel van het westelijk halfrond en omstreken’, vader van Luna – zijn ‘zonnetje’ – en een dwangmatig vreemdganger. Type ongelooflijke klootzak met te veel mazzel. Carmen wist wel dat hij vreemdging toen ze voor hem koos, maar dat hij dat zou blijven doen? Sinds het een keertje was uitgekomen en ze toch niet zo tolerant was gebleken, hield hij zijn avontuurtjes maar geheim. En nu had ze borstkanker en niet lang meer te leven.

Kluun – Raymond van Klundert voor de belastingsdienst – heeft veel ervan zelf meegemaakt. Hij was een marketingmannetje, zijn vrouw overleed aan kanker, en om te vergeten is hij gaan feesten. Eenmaal tot bezinning gekomen heeft hij Komt een vrouw bij de dokter geschreven, waarmee hij in 2003 debuteerde, en ijzersterk debuteerde mag ik wel zeggen. Kluun beschrijft het sterven van een sterke vrouw en het leven van een zwakke man, en hoe dat toch samen kan gaan. Hoe een liefde blijft bestaan ondanks de kanker en het vreemdgaan.
Dat laatste heeft Stijn vooral te danken aan Carmens grote hart, maar eerlijk gezegd wekt de klootzak ook sympathie op. Waar lotgenoten van Stijn in het boek hun zieke vrouwen alleen achterlaten, blijft hij een goede vader voor zijn kind, gaat hij steeds mee naar het ziekenhuis. Stijn ís er voor Carmen.
Dat een plot met zulke uitersten, met zoveel grond voor controverse niet soapachtig of pathetisch wordt, is voor een groot deel te danken aan de manier waarop de auteur z’n karakters neerzet. Kluun maakt zijn hoofdpersoon schuldbewust en diens eega onverwoestbaar vrolijk en geestig. En nergens is de relativering ver weg, culminerend in de verwijzingen naar het rijke verleden van Ajax. De thuiskomst op de dag van het telefoontje – ‘Ik zit in het ziekenhuis en ze zijn bang dat het niet goed is.’ (p. 18) – is Stijn ‘zenuwachtig, wat [hem] voor het laatst gebeurde in 1995, toen Ajax in de laatste minuten de 1-0 moest vasthouden tegen AC Milan.’ (pp. 21, 22. Met in een noot de opstelling.) Maar als het er echt op aankomt dan is Kluun niet leuk of licht, maar sober. Kluun kan doseren.






Recensie II – Arie Storm, 22 oktober 2003



Kluun, de auteur van de zojuist verschenen roman Komt Een Vrouw Bij De Dokter, drukt me weer met de neus op de feiten. Hij doet dat in zowel rauwer als oubolliger proza dan Jansen en Pröpper indertijd schreven. Alles komt voorbij: de onhandig diagnosticerende artsen, de chemotherapiën, de morfine als pijnstiller in de laatste dagen, de kaalhoofdigheid, het amputeren van een borst, het onvermijdelijke einde, de euthanasie en het afscheid.

Rauw is Kluun doordat hij onomwonden de dingen bij de naam noemt en niets voor ons lijkt achter te houden. Oubollig is hij omdat hij niet zo goed kan schrijven en zijn roman nergens literaire schwung krijgt. Kluun schrijft in dat kindertoontje dat typerend is voor de auteurs die verbonden zijn aan uitgeverij Podium. In de boeken van die uitgeverij fleuren mensen op of horen ze zichzelf iets vragen; ze vragen dit dan aarzelend, ze zuchten diep voordat ze zich aan een naar karwei zetten; ze vatten met een krachtig uitgesproken ‘godverdomme’ een situatie kernachtig samen; en tot slot vliegen de flauwe grappen je met tientallen om de oren. Het is de machteloze literaire taal van een twaalfjarige – de Giphartschool, zeg maar.

Dit oubollige proza, waar Kluun zeer bedreven in blijkt te zijn, wordt nóg minder te genieten, omdat er ook nog eens van de nodige aanstellerij sprake is. Daarmee bedoel ik niet te zeggen dat iemand niet mag klagen als er een geliefde van hem of haar sterft. De aanstellerij uit zich bij Kluun in zoiets imbeciels als het gegeven dat hij gebruik maakt van zogenaamde wramples, een door hemzelf bedachte term (prompt trots ‘Kluuniaans’ genoemd), waarmee niet meer wordt gezegd dan dat Kluun verdomd vaak tekstfragmenten uit popliedjes –met bronvermelding – citeert.

Een vervelend idee: je krijgt van de dokter te horen dat je binnen afzienbare tijd doodgaat en je weet dat je die laatste maanden van je leven moet delen met iemand wiens referentiekader niet verder gaat dan tekstfragmenten uit liedjes van De Dijk: ‘Dan wil ik dansen, dansen, dansen/dansen op de vulkaan’. Oprotten, zou ík zeggen, maar dat zegt Carmen niet tegen haar Stijn.

Want zo heten de hoofdpersonen in dit autobiografische boek: Carmen en Stijn. Kluun is de schrijver ervan, maar uit de reclamecampagne die het boek begeleidt (te weten een nieuwsbrief van Kluun zelf op internet) moeten we opmaken dat Kluun eigenlijk Stijn is en dat Carmen echt dood is (‘een gevoelig onderwerp’) en dat Kluun is achtergebleven met hun schattige klein dochtertje dat, hoewel het nog niet eens kan lezen, op het internet al een van de vroegste reacties op haar vaders werk geeft: ‘Ik weet zeker dat het een mooi boek wordt. Mijn papa is schrijver.’ Aldus Eva van de Klundert, kleuter en dochter van Kluun. U ziet nu ook waar zijn schrijversnaam vandaan komt, maar dit terzijde. Vierjarige (?) Eva heeft er (nog) niet zoveel verstand van: het grote probleem is juist dat Kluun géén schrijver is.

Wat Kluun wel is weet ik niet. Hij heeft, getuige zijn nieuwsbrief, ‘talloze bevriende professionals uit de wereld van de marketing, reclame en muziek’ – beter een bevriende professional dan een goed buur, zeg ik altijd maar. De Stijn uit het boek is in ieder geval een enorme eikel, die zijn ordinaire overspel (o ja, dat vergat ik nog te zeggen, Stijn houdt wel van de vrouwtjes) presenteert als een aandoening waar de kanker die in het lichaam van zijn vrouw voortraast bleekjes bij afsteekt. In de wereld van Stijn zit het zo: Carmen lijdt aan kanker en Stijn aan monofobie. Dat laatste woord is weer ‘Kluuniaans’, zoals Kluun zelf trots uitlegt (de man is een genie), en betekent: ‘Ziekelijke angst voor een monogaam leven, met als gevolg een dwangmatige behoefte tot vreemdgaan.’ Je zult er maar mee behept zijn.

Oktober is wereldwijd borstkankermaand, schrijft Kluun in zijn nieuwsbrief. Op de zestiende, de dag dat de presentatie van zijn boek plaatsvindt, dat was dus gisteren, wordt er niets weggegeven. Kluun: ‘Sterker nog: we willen dat mensen boeken kopen. Van alle boeken die op de zestiende gekocht worden, stort ik mijn volledige royalty-inkomsten in een bus van de Nederlandse Kankerbestrijding/KWF. Joost Nijsen, uitgever van Podium, doet hetzelfde met zijn brutomarge.’

Verstandiger is om het boek gewoon helemáál niet te kopen en het volledige bedrag dat je op die manier overhoudt meteen in zo’n bus te stoppen.

Dat ga ik doen.

En van die Kluun wil ik nu verder niks meer horen.



Bron






Eigen mening

Ik snap niet dat Arie Storm zo’n recensie heeft kunnen maken. Ik vind Komt een vrouw bij de dokter namelijk een heel mooi boek. Uitspraken als: ‘’Rauw is Kluun doordat hij onomwonden de dingen bij de naam noemt en niets voor ons lijkt achter te houden. Oubollig is hij omdat hij niet zo goed kan schrijven en zijn roman nergens literaire schwung krijgt.’’ Ik vind het juist goed dat er niks wordt achter gehouden. Hierdoor wordt je ontzettend meegesleept in het verhaal en wordt er niks mooier gemaakt dan het is. Het is een mooi en oprecht boek. De hoofdpersonen worden zo levendig beschreven dat je medelijden krijgt met Stijn en hem zelfs een beetje begint te begrijpen. Zoals Daan Stoffelsen zei: ‘’Kluun maakt zijn hoofdpersoon schuldbewust en diens eega onverwoestbaar vrolijk en geestig’’. Wat het boek zo bijzonder maakt, is dat er ondanks alles ellende minstens zo veel te lachen valt. Ik vond het heel prettig geschreven en het verhaal heeft me constant geboeid. Ik ben het dan ook volledig met Daan Stoffelsen eens dat Komt een vrouw bij de dokter een ijzersterk debuut is geweest van Kluun.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten